Temper zet vaart achter groei en kruist degens met vakbonden: 'Te veel op de man gespeeld'

Temper is, los van ondersteunende functies, een techbedrijf waar meer dan honderd softwareontwikkelaars werken. Ze schrijven hun softwarecodes op het hoofdkantoor in Amsterdam, maar ook vanuit Zuid-Afrika, Zweden, Sri Lanka. Talent laat zich moeilijk begrenzen door landsgrenzen, valt te horen op het hoofdkantoor.

Het digitale prikbord voor tijdelijke klussen, veel gebruikt door jonge mensen in bijvoorbeeld de horeca, zegt geen algoritmes en kunstmatige intelligentie te gebruiken – ‘Het is een hot topic. Er heerst angst omheen, soms terecht, soms onterecht’- en het bedrijf, gestart in 2016, schrijft sinds halverwege 2022 ook positieve cijfers. Behalve in de inktzwarte coronaperiode.

Niels Arntz wandelt over het John M. Keynesplein, waar Temper aan ligt, en waar hij wordt omringd door kantoren van PwC en Brunel. De inmiddels 35-jarige medeoprichter van Temper had als puber een probleem, een frustratie, en daar ontstond uiteindelijk Temper uit.

Als hij wilde werken in de horeca moest hij met zijn vers geprinte cv onder de arm langs een restaurant of kroeg. ,,Dan was de manager er niet. Terugbellen? Ho maar, dus moest ik er weer achteraan. Het duurde en duurde maar. Toen ik eenmaal in de horeca werkte, was spontaan een dag vrij nemen nooit een mogelijkheid. Met Temper leggen we het initiatief bij de werkende, die bepaalt waar, wanneer en vooral vanuit welke motivatie er gewerkt wordt.”

Snelle groei Temper dankzij vreemd vermogen

Samen met Paul Eggink en Jeroen Jochems begon Niels in 2015 antikraak in een kantoorpand met het oplossen van wat zij als probleem zagen; inefficiëntie tussen vraag en aanbod. Het verhaal, de spectaculaire groei laat zich lezen als een spannend jongensboek. Geen vuiltje aan de lucht. ,,Het verdienmodel is heel eenvoudig. Van elk gewerkt uur krijgt Temper een vast bedrag. Er zijn ruim tweehonderdduizend mensen ingeschreven die voor tienduizend bedrijven kunnen werken”, legt Niels uit. ,,Het was een schot in de roos, en met het aantrekken van vreemd vermogen konden we sneller, maar wel op een gezonde manier groeien.”

Naast de drie oprichters hebben de venture capitalbedrijven Slingshot en Python Capital en de mannen uit new boys scale-up network Maarten Beucker Andreae, Raymond Spanjar en Floris Rost van Tonningen een belang in Temper. Niels zwijgt over de percentages.

Emerging Entrepeneur of the Year

De drie oprichters zijn blij met het select groepje investeerders dat achter hen staat. Toen de aandeelhouders instapten konden zij en de drie oprichters niet bevroeden dat een virus later hun hele businessmodel geruime tijd zou platleggen. Temper werkt als er klussen op het prikbord worden gehangen, maar na de inmiddels beroemde eerste coronapersconferentie van Mark Rutten in het voorjaar van 2020, ging het in raptempo bergafwaarts. Het prikbord bleef leeg.

De investeerders moesten financieel bijspringen en er gebeurde nog iets opvallends. Ze stuurden medeoprichter en ceo Paul Eggink de laan uit en vlogen een nieuwe in: Niek van Leeuwen. Eggink was in 2019 nog genomineerd voor de MIO-verkiezing: de Meest Inspirerende Ondernemer en won in dat jaar de EY Emerging Entrepreneur Of The Year. Niels valt stil bij de vraag hoe het met Paul gaat. Dan kort: ,,Onze wegen zijn gescheiden. Natuurlijk heb ik er last van gehad. Je begint hier samen en werkt hier samen aan. Uiteindelijk ga je door, dat is het pragmatisme van ondernemerschap. Ik hoop dat Paul blij en trots is met de stappen die zijn gezet. Het is tenslotte ook zijn kindje.”

Kosten terugschroeven en nieuwe sectoren aanboren

En er werden stappen gezet vanaf maart 2020 en de jaren daarna. Het moest, want er werd verlies geleden. Niels spreekt van ‘overspoeld worden door de coronagolf’ en het was ‘alle hens aan dek’. ,,Het werd al heel snel duidelijk dat we slecht gediversifieerd waren. Temper was voor 95 procent van zijn omzet afhankelijk van de horeca en die viel van de een op ander dag weg. Met pijn in mijn hart hebben we werknemers moeten ontslaan en nog nooit op zo’n grote schaal. Mensen die je niet wil laten gaan, die je het liefst voor altijd bij je zou willen houden.”

De les was om snel andere sectoren aan het platform te binden. Niels: ,,Er liepen al, in samenspraak met de Belastingdienst pilots bij retail en logistiek, die hebben we opgeschaald. We probeerden ook nieuwe sectoren als agri en supermarkten aan te boren. Verder hebben we de kosten teruggeschroefd. We waren snel gegroeid naar een bedrijf van 150 mensen en dan sluipt er inefficiency in de organisatie. Naar aanleiding van die coronaperiode zijn we ook kritischer geworden met het aannemen van nieuwe werknemers. Wie gaat echt de lat omhoog brengen binnen het veld waarvoor hij of zij wordt aangenomen?”

Groei in Europa na nemen maatregelen

Met het weer opengaan van de horeca en andere sectoren begon het motortje weer lekker te lopen. Het cliché dat je sterker uit een crisis komt klopt, vindt de medeoprichter. ,,We zijn sterker en robuuster uit die periode gekomen. Vanaf de zomer van 2022 zijn we zwarte cijfers gaan draaien. We zijn door de genomen maatregelen weer een gezond bedrijf geworden en dat vormt nu de basis voor groei in Europa.”

De voortuin Nederland is na de ingrepen netjes op orde. De Temper-organisatie in Londen wordt verder opgebouwd en een vestiging in Parijs opent in september de deuren. De expansie wordt gefinancierd uit de cashflow en wat er nog staat van de investeerders. ,,Naast Nederland willen we in Engeland en Frankrijk onderdeel zijn van de oplossing. Met ons digitale prikbord voegen we waarde toe aan die arbeidsmarkten.”

Er is een organisatie die Temper niet als onderdeel van de oplossing ziet, maar eerder als een plaag: de vakbonden. Ook al heeft Temper als eerste digitale werkplatform een verzekering tegen arbeidsongeschiktheid voor de deelnemers, voor FNV is dat niet genoeg. De vakorganisatie kruist in de rechtbank sinds oktober 2020 de juridische degens met de onderneming. Zakaria Boufangacha, vicevoorzitter FNV, noemt het platformbedrijf ‘hondsbrutaal’, ‘doet er alles aan het verdienmodel overeind te houden’ en ‘er is duidelijk sprake van schijnzelfstandigheid’.

Geen goede relatie met vakorganisaties

Niels mompelt en zegt 'nee' op de vraag of Temper en vakbonden een gelukkig huwelijk is. Het is even stil en dan fel: ,,Maar het is wél een gelukkig huwelijk geweest. We hebben vanaf juni 2018 tot de zomer van 2020 samengewerkt met FNV Horecabond. Noem een platform dat dit heeft gedaan? Toen kwam corona en werden andere dingen ineens belangrijk. We werden toen gesommeerd en bevonden ons in die rechtszaal en daar zullen we ons verdedigen.”

De zaak sleept zich voort en Niels wil er eigenlijk niet al te veel woorden aan vuil maken. ,,Ik vind vakbonden an sich geweldig; samen sta je sterker. Ik ben ze zelfs dankbaar. Dankzij dat kritische oog zorgen wij ervoor dat we elke dag een beetje beter worden. Ik kom uit een gezin waar beide ouders basisschooldocent zijn geweest. Ze hebben hun hele werkzame leven bij CNV gezeten, echte vakbondsmensen. Waar ik wel problemen mee heb, is de manier waarop de bonden het aanpakken. Het is niet opbouwen, maar afbreken. Ruzie maken, op de man spelen, aanvallen. Hoe constructief is dat?"

,,We hebben allemaal dezelfde uitdaging, namelijk de arbeidsmarkt, waar sprake is van vergroening en vergrijzing, klaarmaken voor de toekomst. Laten we samen kijken hoe we dat gaan fiksen, de handen ineenslaan. Precies zoals we dat eerder gedaan hebben met FNV Horecabond.”

De aanval raakt hem. ,,Er zit vuur in mij. We hebben zoveel waarde gecreëerd en gaan nog heel veel waarde creëren. Temper heeft dat altijd in dialoog gedaan met de Belastingdienst, vakbonden, ministeries, Kamerleden en andere partijen als Stichting Loonwijzer. De Belastingdienst heeft de bestaande modelovereenkomst met ons weer verlengd. Dit betekent dat flexibele bijverdieners die via Temper bij opdrachtgevers aan de slag gaan door de Belastingdienst als zelfstandigen beschouwd blijven worden.”

'Minder afhankelijk van werkvorm worden'

Aan de vooravond van het interview viel het kabinet Rutte IV. Wat gaat er gebeuren met het arbeidsmarktbeleid waar demissionair minister Karien van Gennip (CDA), Sociale Zaken en Werkgelegenheid, mee bezig was? Niels ziet dat de politiek geen idee heeft wat ze aan moet met de groei van het aantal zelfstandigen.

,,Ze worden bestempeld als zielig of profiteurs, net wat uitkomt. Het maakt de discussie heel moeizaam en verwarrend en dat lees je terug in de voorstellen. Hoe de arbeidsmarkt er volgens mijn beeld uit gaat zien? Minder afhankelijk van de werkvorm, waarbij we ons zo min mogelijk laten afleiden door zaken als schijnzelfstandigheid, waarbij we geen idee hebben hoe groot het probleem werkelijk is. Als je het niet kunt meten, kun je het ook niet managen."

,,Ik vind dat we moeten gaan kijken naar hoe we dit met zijn allen rechttrekken. Kennen we de wensen en behoeften van die tienduizenden mensen die onder andere Temper gebruiken? Die krapte op de arbeidsmarkt blijft, die gaat niet zomaar weg. We zullen daar met alle betrokkenen oplossingen voor moeten bieden. Daarom maak ik mij daar hard voor. Ik hoop dat mijn kinderen van 6 en 4 jaar, als ze dadelijk 18 zijn hun eerste baantje vinden op Temper.”