Nieuws Arbeidsvoorwaarden
Werkgevers proberen ‘stuwmeer aan vakantiedagen’ in te dammen
Werkgevers zien dat vanwege de coronacrisis voor het tweede jaar op rij niet iedereen zijn gebruikelijke aantal vakantiedagen opneemt. Kan een werkgever tegen een werknemer zeggen dat hij of zij verlofdagen op 'moeten’ maken? Overleg levert het beste resultaat op.

De bedoeling van verlofdagen is dat mensen ontspannen waardoor de kans op bijvoorbeeld een burn-out kleiner wordt. ,,Iemand die alleen maar doorwerkt en vakantiedagen spaart, loopt een groter risico om fysiek uit te vallen." Foto: Unsplash
Vanwege de coronacrisis nemen veel werknemers minder vrije dagen op, omdat ze graag wachten totdat een vakantie naar het buitenland weer mogelijk is. Werkgevers willen een zogeheten ‘stuwmeer aan vakantiedagen’ graag voorkomen en vragen hun werknemers verlofdagen op te nemen.
Het hr-bedrijf Visma Raet signaleerde eerder dit jaar naar aanleiding van een onderzoek dat 29 procent van de Nederlanders in loondienst voornemens is de vakantiedagen op te sparen totdat de coronacrisis voorbij is. ,,Door de coronacrisis is het probleem van die stuwmeren, dat al langer bestond, versterkt”, vertelt Maarten van Gelderen, arbeidsrechtadvocaat, op het AD.
Lees ook: Thuiswerk, schakelen en meer creativiteit: zo leidt Florence Schmit Greetz in coronatijd
Verplicht vrije dagen opnemen bestaat echter niet. ,,Werknemers mogen zelf weten wanneer en hoeveel vakantiedagen ze opnemen’’, legt Van Gelderen uit. Een werkgever kan het opnemen van verlofdagen alleen weigeren als daar een dwingende reden voor is. ,,Maar dat is uiterst moeilijk te bewijzen voor de werkgever’’, vult Andries Bongers, expert op het gebied van Human Resources aan. ,,Meestal zal de rechter zeggen dat iets onder het bedrijfsrisico valt.”
Vakantiedagen meenemen naar het volgende jaar
In Nederland is het als volgt geregeld met vakantiedagen: bij een contract van veertig uur per week heeft een werknemer recht op twintig wettelijke vakantiedagen. Deze dagen mogen worden meegenomen maar het volgend jaar en zijn in dat geval nog zes maanden geldig. Alle vakantiedagen boven de twintig heten bovenwettelijke. Dat zijn opgespaarde overuren of extra dagen die in een contract staan.
Een aantekening bij het vervallen van de wettelijke vakantiedagen is dat de werkgever tijdig aan moet geven dat de dagen dreigen te vervallen. Bongers: ,,Als de werkgever dat niet onder de aandacht brengt, komen ze ook niet te vervallen.”
"In deze moeilijke tijd mag je wel wat inschikkelijkheid verwachten. De vraag van de werkgever is gerechtvaardigd, alleen niet rechtmatig"
Het is beter om verlofdagen te verdelen
Voor werkgevers is het prettiger dat werknemers hun verlofdagen verdeeld over meerdere periodes per jaar opnemen, dan allemaal tegelijk. ,,Als iemand zijn dagen heeft opgespaard ineens zegt dat hij drie maanden met vakantie gaat, ontstaat al snel een groot probleem", aldus Van Gelderen. ,,Het is uiteraard veel moeilijker om iemand voor een langere periode te missen dan voor bijvoorbeeld twee weken, wat een meer gemiddelde periode voor een verlof is.”
Bovendien is de bedoeling van verlofdagen dat mensen ontspannen waardoor de kans op bijvoorbeeld een burn-out kleiner wordt. ,,Iemand die alleen maar doorwerkt en vakantiedagen spaart, loopt een groter risico om fysiek uit te vallen”, legt Van Gelderen uit.
Het advies: overleg met elkaar
Maar wat kun je nu doen als je werkgever je dringend verzoekt vrije dagen op te nemen? Bongers raadt aan om in ieder geval het gesprek aan te gaan, om samen met de werkgever te kijken wat de beste optie is. ,,Het is een kwestie van geven en nemen”, aldus Bongers. ,,In deze moeilijke tijd mag je wel wat inschikkelijkheid verwachten. De vraag van de werkgever is gerechtvaardigd, alleen niet rechtmatig.”
Ook Van Gelderen adviseert werknemers om het overleg met hun werkgevers te zoeken. ,,Je bent nooit verplicht om er gehoor aan te geven, maar tegelijkertijd is het nu wel de tijd waarin je met elkaar meedenkt, als werkgever- en nemer. Bovendien zal er zich later vast een situatie voordoen waarin de werknemer iets nodig heeft van de werkgever, terwijl die daar dan ook niet toe verplicht is.”