De aannemers draaien wel met een kleinere bezetting, stelt voorzitter Lucas Haafkes van Bouwend Nederland regio Twente vast. „Maar ook dat zie je geleidelijk veranderen. Over een paar jaar is er geen bouwvak meer”, voorspelt de directeur van het gelijknamige bouwbedrijf in Goor.
Toch was in Reutum, waar veel bouwbedrijven gevestigd zijn, donderdag niemand te vinden die de komende weken doorwerkt. Overal stond aan het eind van de middag het bier op tafel en werden de barbecues aangestoken. „En ik hoop ook dat de bouwvak gewoon blijft bestaan”, zegt Raymond Deterink van Schildersbedrijf Deterink. „Voor relatief kleine bedrijven zoals het onze is dat gewoon veel makkelijker.”
Kleinere bezetting
Het bedrijf van Lucas Haafkes, waar wel wordt doorgewerkt, heeft de komende weken een bezetting van zo’n dertig procent van de negentig medewerkers. „De projecten aan schoolgebouwen moeten voor het einde van de vakantie klaar zijn. Daar gaat het werk gewoon door. Een ander deel van onze mensen voert bouwkundig onderhoud uit bij productiebedrijven, die in deze periode op een lager pitje draaien. Bij een bedrijf uit de voedingsindustrie werken we zelfs 24 uur per dag omdat ze het productieproces zo kort mogelijk willen stilleggen. Dat vraagt wel de nodige organisatie omdat je bijvoorbeeld voor zo’n opdracht twee uitvoerders beschikbaar moet hebben.”
Afspraken
Om door te kunnen werken moeten wel afspraken gemaakt worden. Ook met installateurs, schilders en afbouwbedrijven moeten goede afspraken worden gemaakt, zegt Haafkes. Haafkes: „Samen met alle partners uit de keten moet je wel op een lijn zitten om de komende weken gewoon door te kunnen werken. Dat levert geen problemen op.” Ook kost het volgens hem over het algemeen bouwbedrijven weinig moeite voldoende personeel beschikbaar te hebben. Er is een groep onder de dertig jaar die nog geen kinderen heeft en niet vastzit aan de schoolvakanties, aldus Haafkes. Het geldt ook voor de groep 55-plus. Die mensen gaan net zo lief in juni of september op vakantie. Dat scheelt hen vaak ook nog in de portemonnee.
Foto: Thinkstock
