Nieuws Personeel
'Dat de Zuidas de Snuifas wordt genoemd, is niet op een mythe gestoeld'
Voor bankiers en advocaten is overwerk eerder regel dan uitzondering. Maar die worden tenminste nog goed betaald. Ook in andere sectoren is het gewoon geworden onbetaald extra uren te maken, schrijft de Volkskrant.

Met zijn 14-urige werkdag is deze bankier een soort binnenstebuiten-kering van de geschiedenis. In de 19de eeuw, toen (kinder)arbeiders nog vergelijkbare werkdagen draaiden in de fabrieken, streden socialisten voor invoering van de 8-urige werkdag onder de leus 'Acht uren voor arbeid, acht uren voor recreatie, acht uren voor rust'. Tegenwoordig is het juist een elite van dikwijls hoogopgeleide, goedbetaalde werknemers die er 19de-eeuwse werktijden op na houdt.
Vanuit gezondheidsoogpunt was het van oudsher ook logisch om laagopgeleiden beter te beschermen tegen overuren dan hoogopgeleiden omdat de eersten doorgaans het fysiek zwaarste werk doen. Maar door de vervaging tussen werk en privé in de digitale samenleving is een schemergebied ontstaan, zegt Houwerzijl. Ooit waren er alleen nog pagers, waarmee een klein gedeelte van de beroepsbevolking in geval van nood kon worden opgepiept. Nu heeft vrijwel iedereen dankzij smartphones en tablets permanent toegang tot zijn e-mail. In de Verenigde Staten zijn al de eerste rechtszaken gevoerd tegen werkgevers die van hun personeel verwachten dat ze 's avonds laat nog op e-mails reageren en zo onbetaalde overuren maken.
In het tijdperk van 'het nieuwe werken' zijn werktijden grenzeloos geworden. Voor veel werknemers is het niet meer nodig elke dag van 9 tot 5 hun gezicht te laten zien op kantoor. Werknemers vinden het over het algemeen zeer positief dat ze makkelijker thuis kunnen werken. Het draagt naar hun gevoel bij aan een betere balans tussen werk en privé, blijkt uit onderzoeken. Tegelijkertijd leidt thuiswerken er in de praktijk vaak toe dat mensen eerder meer gaan werken dan minder, constateert Van der Gulden. Dat heeft er ook mee te maken dat werkgevers niet meer rekenen in 'kloktijd' maar in 'taaktijd': ze toetsen niet of hun personeel wel lang genoeg werkt, maar of ze hun taken op tijd afhebben en goed uitvoeren. Op zichzelf is het logisch om mensen op hun taken en niet op hun arbeidsuren te beoordelen: een hartpatiënt zou het vermoedelijk ook niet waarderen wanneer de cardioloog de dotterbehandeling halverwege zou staken met de mededeling dat zijn 8-urige werkdag erop zit. Maar de grotere autonomie om het werk zelf te plannen leidt in veel beroepen tot langere werktijden dan in het contract is afgesproken, merkt Van der Gulden. Het nieuwe werken leidt dan onbedoeld tot het nieuwe overwerken.