Nieuws Leiderschap

De wonderlijke carrière van horecakoning Casper Reinders (Jimmy Woo)

In het sfeerboek Rock 'n' Roll Interiors zijn alle exotische, excentrieke horecazaken van Casper Reinders (48) samengebracht. Hij vierde het met twaalf goede vrienden bij hem thuis. 'Casper stapt overal in met een naïeve gekte.' Dat schrijft Parool.

Fiona Hering | Foto: Roel Ruijs 4 december 2018

Casper Reinders Jimmy Woo

Casper Reinders gaf de mannen van boekwinkel Mendo carte blanche voor het boek Rock 'n' Roll Interiors. "I don't fucking like that name," was zijn enige commentaar. Hij vindt zichzelf niet rock-'n-roll, maar de titel verwijst naar een manier van leven, jeugdig en rebels, en die past zeker bij hem. Reinders' vrouw Cynthia woont op Ibiza met hun zoon James Rod. Hij vliegt vaak heen en weer, maar zelf is hij meer een getatoeëerde grachtengordeltijger dan een strandliefhebber.

Hij woont in een heuse mancave in een voormalig bankgebouw aan de Keizersgracht. Het interieur is een rariteitenkabinet van merkwaardige antieke vondsten als opgezette alligators, slangenkarkassen, oude wereldbollen, knuppels uit Polynesië, een struisvogelskelet ('we kijken gezellig samen tv'), kunst en allerhande vintage.

Lees ook: Deze jonge ondernemers beginnen Marktplaats voor horecapersoneel

Vreemde snuisterijen

Boven de deur naar de keuken, de plek waar ooit de kluis zat, hangt de nagemaakte kop van een neushoorn.

Zijn voorliefde voor vreemde snuisterijen is een gevolg van zijn opvoeding. "Ik ben opgegroeid tussen de eskimomaskers, Papoeabeelden en moderne kunst. In mijn slaapkamer hingen werken van Anton Rooskens en Theo Wolvecamp. Mijn ouders namen me altijd mee naar musea en galeries."

Lees ook: Horeca trekt aan de bel: bezoekers stelen alles dat los en vast zit

Jimmy Woo

Reinders verzamelt wat hij leuk vindt, later krijgt het wel ergens een mooi plekje. Precies op die manier creëert hij ook de exotische interieurs van zijn horecazaken: Bo Nam, Joya, Lion Noir, Libertine Petit Café (drie vestigingen), Club NL, Chicago Social Club en de befaamde club Jimmy Woo.

Als hij een nieuw te openen zaak binnenstapt, weet hij binnen vijftien minuten hoe het interieur moet worden. Het boek - 'een van de allergaafste dingen ooit gedaan, al gaat alle lof uit naar Mendo' - ziet hij als visitekaartje.

Lees ook: Horecaondernemers worden steeds meer data gericht

Meer interieurs

"In de toekomst wil ik minder horeca doen en meer interieurs. Ik ga een paar zaken verkopen, heb net in Kaatsheuvel een groot restaurantproject gedaan en ben bezig met de inrichting van een stripclub aan de Stadhouderskade, honderd meter van de Heinekenbrouwerij, altijd al een droom van me geweest. Het wordt heel vet, een beetje Parijs. Niet standaard Moulin Rouge, maar met een rock-'n-roll sausje erover."

Om de lancering van het boek te vieren, organiseerde hij een diner thuis voor twaalf goede vrienden. Deze krant mag even aanschuiven tot het echt dirty wordt. Reinders woont al elf jaar in zijn woning, maar heeft er nog nooit gekookt. Drie à vier avonden per week eet hij bij Vietnamees restaurant Bo Nam.

Samenwerking is de sleutel

Voor de gelegenheid staat chef Thuan Hoang achter het fornuis, want Casper weet waar zijn beperkingen liggen en heeft een neus voor exceptioneel talent.

"Door samenwerken kun je ver komen, co-lab or collapse, een uitspraak van haarwizzard Ward Stegerhoek, is zo waar," zegt vriend Farid Asserti, mede-eigenaar van restaurant Bo Cinq. "Samenwerken is echt de sleutel. Daarvoor moet je kunnen delen en Casper kan dat als geen ander."

Alcohol

Asserti en Reinders gaan lang terug. "Ik ben opgegroeid in Jimmy Woo. Wat bijna niemand weet over Casper? "Dat hij niet tegen alcohol kan, dan wordt hij een duivel. Ik heb hem een aantal keren naar huis moeten brengen. Ik moest 'm optillen, niet te doen. Daarom drinkt hij niet meer."

In de beginjaren van Jimmy Woo was Malvin Wix een avond per week resident dj. Hij noemt Reinders 'een enigma, een onnavolgbare man met de geest van een kind, maar toch succesvol in de grotemensenwereld'.

Lachen

"Casper stapt overal in met een naïeve gekte. Dat kan ook vermoeiend zijn. Hij gaat maar door, heeft geen rem. Hij leeft 's nachts en heeft een ander bioritme, maar je kunt onwijs met hem lachen en het is echt een lieve guy, ik kan niet anders zeggen."

Dat beaamt kunstenaar en modeontwerper Alljan Moehamad (Skulljan). "Ik kan maximaal een dag bij hem in de buurt zijn. Hij is een beetje manisch-adhd'erig. We hebben samen zes dagen in Thailand gezeten, onder meer op zoek naar lampen voor Club NL. Dat was best heftig. Ik ben een Surinamer dus doe het rustig aan, maar Casper stond al vroeg op mijn deur te bonken. Hij wil meteen de stad in, spullen kopen, eten, marktjes afstruinen. Toen ik 's avonds in een bar zat te flirten met een meisje kwam hij ineens met condooms aanzetten. Dan is hij ineens weer een soort vaderfiguur."

Screenshots appen

Unieke gewoonte van Casper is ook dat hij in de tijd van de sale screenshots naar zijn vrienden appt van coole shops in Londen en Tokio. 'Dit moét je kopen,' zet hij er dan bij. "Hij is dol op kleren. In de Alexander Wangwinkel in Bangkok hebben we als een soort wijven staan passen en kirren."

Bart de Groot, eigenaar van Acne, Comme des Garçons Pocket en Cowboys to Catwalk: "Casper heeft een hele goede smaak. Hij doet in niets concessies, dus ook niet in zijn kledingstijl."

Half woord

Bas Jonker, de zoon van antiquair Piet Jonker die het bedrijf in Baambrugge negen jaar geleden overnam, is verantwoordelijk voor een groot deel van de interieurs.

"Casper en ik hebben aan een half woord genoeg. Zo had ik een keer in Frankrijk een antieke ijzeren watertank van 4 bij 2,5 meter gekocht, daar kan ik vier tafels van maken, maar ik bewaar 'm liever om er echt iets gaafs van te maken. Uiteindelijk is het een bar geworden voor Libertine Café op de Noordermarkt. Met balpen heb ik op een bierviltje een tekening gemaakt. 'Ik zie wat je bedoelt, doe maar,' zei Casper. Dat is fijn werken."

Eigen clubnight

Toen Gunifort Uwambaga, uitgever en mede-eigenaar van Mendo, tien jaar geleden 'straight from Lelystad' in Amsterdam arriveerde, werd hij continu geweigerd aan de deur van Jimmy Woo, omdat hij pas zeventien was. Hij werkte bij Mendo en op een dag liep daar - 'als door de hemel gezonden' - Casper Reinders binnen, die meteen regelde dat Uwambaga een avond per maand zijn eigen clubnight kreeg: Satijnen Panters.

Reinders is inmiddels een van Uwambaga's beste klanten, gezien de stapel kunstboeken in zijn woonkamer - een stuk of duizend.

"Vaak kocht hij twee à drie keer hetzelfde boek zonder het te weten. Na een tijdje zei ik eerlijk: hou je geld in je zak man, je hebt het boek al."

Drie fotografen

Voor Rock 'n' Roll Interiors zijn drie fotografen ingezet: Roel Ruijs, Sharon Jane Dompig en Kwabena Appiah-Nti. Joost Albronda, verantwoordelijk voor het design van het boek: "Casper benadert zijn interieurs altijd freestyle. Hij bedenkt geen concepten, hij koopt gewoon objecten die hij interessant vindt en gaat bouwen. Zo hebben we het design ook aangepakt. Veel handgeschreven teksten van Casper, een collage van beelden en een klassieke leren omslag met folie bedrukt en artwork van Skulljan."

"Alle tenten van Casper zijn altijd smaakvol, niet proletarisch en al helemaal nooit poenerig, ze passen goed bij Amsterdam," vindt Duncan Stutterheim, mede-oprichter van ID&T. Net zoals Reinders rock-'n-roll levensstijl goed bij de stad past.

Goudeerlijke lobbes

"Casper is mijn beste klant," zegt een bevriende eigenaar van een coffeeshop die niet met zijn naam in de krant wil, terwijl hij een rookgebaar maakt. Aha, de wietleverancier. "Hoeveel hij rookt is beroepsgeheim, maar het is wonderlijk dat hij zoveel energie heeft. Net zoals het wonderlijk is dat die zachte, lieve, goudeerlijke lobbes zich in de horecawereld - toch veel duwen en trekken - staande weet te houden. Met zijn charme weet hij iedereen voor zich te winnen."