Nieuws Personeel

Meer vraag dan aanbod stageplekken bakkerijen

Bakprogramma's op televisie dragen bij aan populariteit bakkersopleiding.

Anne Loohuis 15 februari 2016

Bakkerij frans nikkels

Bake my day, Heel Holland Bakt, Rudolph's Bakery, wie kent ze niet? De bakprogramma's rijzen op televisie de pan uit. In een tijdsbestek van een uur leert televisiekijkend Nederland hoe de mooiste zoete creaties kunnen worden gemaakt. Een toefje slagroom hier, een kersje daar en een nieuwe passie is geboren. De stageaanmeldingen stromen binnen bij bakkerij Oonk. De vraag naar een stageplek overtreft zelfs het aanbod. Dat was vijf jaar geleden wel anders. Maar niet iedereen haalt de eindstreep. Voor dag en dauw het bed uit en werken onder tijdsdruk blijken grote struikelblokken voor de jonge aanwas.

PriegelwerkHenri de Groot, chef banket bij bakkerij Oonk, kent de cijfers. Hij begeleidt leerlingen van het AOC en leerlingen die een bakkerijopleiding volgen bij het ROC van Twente. De scholieren kunnen bij Oonk op vier verschillende gebieden ervaring opdoen: patisserie, warm banket, chocolaterie en brood. De laatste jaren ziet de bakker met twee vestigingen in Enschede en één in Glanerbrug vooral een toename van meiden die het vak van patissier onder de knie willen krijgen. Zo'n 95 procent is vrouw. De verklaring is eigenlijk logisch. "Het is priegelwerk", zegt De Groot.

OnrealistischOp televisie zien ze hoe cupcakes worden versierd met kraaltjes, gebakjes worden opgesierd met een zuurstokroze glazuurlaag. En dan is daar op jonge leeftijd het moment dat er een keuze moet worden gemaakt voor een opleiding. "De media schetsen een bepaald beeld van dit vak, waardoor de jonge garde wordt aangetrokken", zegt De Groot. Maar eenmaal aan het werk in de bakkerij ondervinden leerlingen dat het door de media geschetste beeld niet zo rooskleurig is als in de praktijk. "Ze denken dat we de hele dag roosjes maken, maar dat is absoluut niet het geval. Daar komt bij dat er hard gewerkt moet worden. We beginnen om zes uur. Daardoor vallen veel leerlingen af."

Het beeld vooraf is dus anders dan in de werkelijkheid. De Groot illustreert dat met nog een voorbeeld. "Mogen deelnemers aan Heel Holland Bakt drie uur over een gebakje doen, in werkelijkheid kan dat natuurlijk niet. 60 tot 70 seconden, dat is de max. Zouden we er langer over doen, dan wordt het productieproces gewoon te duur."

BlijAchter in de bakkerij is Brigitte Eicks (19) aan het werk. De derdejaarsleerling aan het ROC van Twente wordt opgeleid tot zelfstandig werkend banketbakker met uitstroom naar patissier. Ze is één van de drie meiden die zich binnen Oonk bezighouden met patisserie.

De liefde voor het bakkersvak kreeg ze mee van haar vader. Daar droeg geen enkel tv-programma aan bij. "Heel Holland Bakt? Ik kijk er niet eens naar", zegt Brigitte geërgerd. "Drie soesjes maken op één dag? Zo gaat het in werkelijkheid niet. Nee, het gaat mij er om dat ik lekkere dingen maak en mensen daar blij van worden. Daarom heb ik voor dit vak gekozen." De kans dat Brigitte haar eigen brood kan verdienen in de bakkerij is vrij groot. De banen liggen voor het oprapen. Maar hoewel veel jongeren het bakkersvak in willen blijkt het voor Oonk lastig om deze vacatures in te vullen door gekwalificeerde arbeidskrachten. "Wij hebben twee vacatures uitstaan voor banketbakker. We zijn op zoek naar twee jongeren, die een BBL-opleiding volgen. Ze zijn alleen niet te vinden", verzucht De Groot.

BBLBBL is een combinatie van werkend leren en een opleiding binnen een bedrijf. De leerlingen hebben een baan en gaan bovendien één of twee dagen in de week naar school. Dan zijn er ook nog jongeren die een BOL-opleiding volgen. Zij gaan de hele week naar school en lopen één of meerdere periodes stages. Onder meer bij Oonk. De Groot: "Jongeren gaan liever naar school dan dat ze op de werkvloer staan, terwijl wij liever iemand hebben die we zelf kunnen opleiden. Een BBL'er dus. Maar de jeugd van tegenwoordig voelt minder drang om te werken. Zij hebben toch alles voor elkaar. Geld? Ach, dat krijgen ze wel van hun ouders."

SubsidieBehalve een motivatieprobleem begeleidt bakkerij Oonk ook veel leerlingen 'met een rugzakje'. "Het kost tijd om hen te begeleiden en tijd kost geld. We zijn nu met het Regionaal Overlegorgaan tussen Bakkerij en Onderwijs aan het bekijken of we daar een geldpotje voor kunnen krijgen."

Foto: Brigitte Eicks maakt onder het toeziend oog van begeleidster Marcha van Munster en Henri de Groot een taart (Frans Nikkels)