Nieuws Personeel
Dit is het verschil tussen wettelijke en bovenwettelijke vakantiedagen
Jouw werknemers hebben elk jaar recht op een bepaald aantal vakantiedagen. Hierin kun je onderscheid maken tussen wettelijke en bovenwettelijke vakantiedagen. Wat het verschil is tussen deze verschillende soorten vakantiedagen en hoe je deze vakantiedagen opbouwt of opneemt, lees je in dit artikel.
Laatste update: 28 februari 2020 11:00

Wettelijke en bovenwettelijke vakantiedagen
In de wet is vastgelegd dat elke werknemer vier keer het aantal contractdagen aan vakantie krijgt. Een werknemer die fulltime werkt (vijf dagen per week, veertig uur), heeft heeft dus recht op twintig (vier keer veertig uur) vakantiedagen. In uren komt dat neer op 160 uur doorbetaalde vakantie. Dit zijn de wettelijke vakantiedagen.
Bovenwettelijke vakantiedagen zijn alle extra vakantiedagen die jij jouw werknemer biedt, bovenop de wettelijke vakantiedagen. Wanneer je dus te maken hebt met een fulltimer die 25 dagen vakantie kan opnemen, zijn dit twintig wettelijke en 5 bovenwettelijke vakantiedagen. In het contract dat je met jouw werknemer afsluit, maak je hierover duidelijke afspraken.
Jouw werknemers bouwen altijd wettelijke vakantiedagen op, ook tijdens zwangerschaps- of ziekteverlof. Dit gaat alleen niet op tijdens ouderschapsverlof. omdat deze uren als het ware onbetaald zijn. Bovenwettelijke vakantiedagen kunnen jouw werknemers ook opbouwen, tenzij jij hierover iets anders hebt vastgelegd in het contract of CAO.
Vakantiedagen opnemen of uitbetalen?
Het is aan te raden om als werkgever een goede planning van vakantiedagen te maken. Maak hierin een duidelijk onderscheid tussen wettelijke en bovenwettelijke vakantiedagen. Door deze planning op vaste momenten te monitoren, houd je het overzicht en kun je goed bijhouden of jouw werknemers nog dagen op moeten nemen. Stimuleer hen om dit te doen wanneer nodig.
Het kan ook zo zijn dat jouw werknemer zijn of haar vakantiedagen liever uitbetaald krijgt. Wettelijke vakantiedagen kunnen werknemers alleen opnemen in vrije tijd. Uitkeren in geld kan slechts bij einde van het dienstverband. Bovenwettelijke vakantiedagen kunnen niet alleen worden opgenomen in vrije tijd, maar ook in geld.
Wanneer komen vakantiedagen te vervallen?
Het is belangrijk dat jouw werknemers de kans krijgen om hun vakantiedagen op te nemen. Wettelijke vakantiedagen komen namelijk te vervallen zes maanden na afloop van het jaar waarin jouw werknemer deze vakantiedagen heeft opgebouwd. Dus: heeft jouw werknemer extra vakantiedagen opgebouwd of bepaalde vakantiedagen nog niet opgenomen in 2017? Dan moet hij of zij deze vóór 1 juli 2018 opmaken. Als werkgever moet je jouw werknemer wel de kans geven om deze opgebouwde uren op te nemen.
Bovenwettelijke vakantiedagen die niet zijn opgenomen vervallen daarentegen pas na 5 jaar, tenzij in het contract of CAO iets anders staat. In dit geval rekent jouw werknemer vijf jaar na het kalenderjaar waarin de bovenwettelijke vakantiedagen zijn opgebouwd. Heeft jouw werknemer in 2017 bovenwettelijke vakantiedagen niet opgenomen? Dan kan hij of zij deze vakantiedagen opnemen tot en met 31 december 2022.
Wanneer een werknemer ziek is tijdens de vakantie, mag hij of zij dit bij jouw aangeven. Deze vakantiedagen is de werknemer dan niet kwijt, maar zullen worden omgezet in ziektedagen. Jouw werknemer kan die vakantiedagen dus een ander moment opnemen.