BN’ers in de horeca: een succesformule? ‘De realiteit blijkt minder romantisch dan gedacht’

Het openen van een eigen kroeg was stiekem altijd al een jongensdroom, zegt Bas Louissen van de populaire podcast Man Man Man. Samen met zijn vrienden en podcastcollega’s Domien Verschuuren en Chris Bergström heeft hij sinds een jaar de kroeg Achter de Koekkoek in Utrecht. Geen van drieën had horecaervaring vóór dit avontuur. „Dat zien we dan wel weer, dachten we”, vertelt Louissen. „We hadden er vooral een romantisch idee bij. Bier drinken aan je eigen bar. Maar de realiteit blijkt anders. Het is gewoon keihard werken.”

Bekende mensen die naast hun carrière iets anders oppakken, zijn van alle tijden. Zo kochten voetballers na de hoogtijdagen van hun carrière vroeger vaak een sigarenzaak. Tegenwoordig is het, vooral bij buitenlandse celebrities, populair om een eigen beautylijn of drankmerk uit te brengen. Maar voor de bekende Nederlanders van nu lijkt vooral de horeca te trekken. Van Gordon tot Barry Atsma en van Jan Smit tot Rico Verhoeven – allemaal zien ze wel brood in een eigen restaurant. „Of je huidige carrière nu even wat minder loopt of je gewoon geld over hebt, de horeca is een aantrekkelijke investeringsbron”, zegt Gijsbregt Brouwer, foodtrendwatcher en oprichter van foodplatform De Buik „Natuurlijk kun je ook je geld steken in goud, bitcoins of vastgoed, maar je naam verbinden aan een restaurant is veel zichtbaarder. Én veel leuker.”

En dat vinden ook de gasten, zegt Maaike de Reuver, hoofdredacteur van Food Inspiration. „Een BN’er die een zaak opent, dat trekt mensen. De horecaliefhebber van nu wil namelijk meer dan gewoon ergens wat eten en drinken.” Dat komt mede doordat alles duurder is geworden, zegt De Reuver. „Wat biertjes drinken doen mensen dan wel thuis. Maar een mooie cocktail in een bijzonder restaurant? Daar zijn gasten bereid voor te betalen.” Of dus voor dat restaurant van die ene bekende Nederlander, waar je hem of haar misschien wel tegen het lijf kunt lopen. De Reuver: „Of gewoon simpelweg kunnen zeggen dat je bij de nieuwe tent van Gordon bent geweest, dat vinden mensen leuk.”

Lees ook: Van Thijs Boermans tot Nicolette van Dam: deze BN’ers hebben een eigen horecazaak

BN’ers werkten succesvol samen in horeca

Het is dan ook niet gek dat horecaondernemers graag samenwerken met BN’ers. Chef-kok Eveline Wu, eigenaar van diverse restaurants, opende samen met Rico Verhoeven Mood Street Food. De Utrechtse horecagroep, bestaande uit oud-voetballers Marco van Basten en Frank Rijkaard, acteur Barry Atsma en ondernemers Perry Overeem en Edwin Oosterlaar, heeft inmiddels al vijf goed lopende zaken. Presentator Kaj Gorgels boekt samen met horecabaas Ad Schaap succes met hun burgerrestaurant Drippy’s. En horecaondernemer Tijn Verstappen heeft twintig zaken in Amsterdam, waarvan vijf met een bekende Nederlander, zoals acteurs Manuel Broekman, Géza Weisz en Thijs Boersma. Geen doel op zich, zei Verstappen in Quote, „Het zijn gewoon goede vrienden”. Maar een handige samenwerking is het wel. Zo heeft Manuel Broekman 90.000 volgers en Thijs Boermans 139.000 – meer dan de meeste zaken ooit zullen hebben, zegt foodtrendwatcher Brouwer. „De BN’er van nu is niet alleen maar een bekende naam of merk, maar ook een medium op zich.”

Maar niet alleen de ondernemer plukt vruchten van zo’n samenwerking. Ook de BN’er. Want een bekende naam is misschien garantie voor aandacht tijdens de opening, maar niet voor langdurig succes, zegt horecatrendwatcher en -adviseur Wouter Verkerk. „Er wordt vaak te licht gedacht over het runnen van een horecazaak. BN’ers denken: ‘Dat doe ik er wel even bij.’ Maar je eigen zaak hebben is meer dan gezellig met je vrienden gratis komen eten en drinken. Of de helft van het jaar op Ibiza zitten en soms even langswippen.” Het kan alleen een succes worden als je er bovenop zit, zegt Verkerk. En dat is lastig met nog een drukke carrière ernaast.

Het is dus verstandig om samen te werken met een ervaren ondernemer, óf er in ieder geval van te leren. Zo ging acteur Manuel Broekman eerst in de leer bij restaurant Forel van Tijn Verstappen voordat ze samen restaurant Pepito openden. „Horeca is echt een vak”, benadrukt Verkerk.

Dat heeft podcastmaker Louissen inmiddels wel gemerkt. „Ik dacht dat we het al snel rustig aan konden doen en lekker aan onze eigen bar konden zitten, maar zo werkt het niet. Hoe moet je inkopen? Hoe bepaal je de prijs? Hoe zorg je dat je op de hoogte blijft van je voorraad? Hoe moet je omgaan met de boekhouding? Dat moest ik allemaal leren.”

BN’ers met een horecazaak liggen onder een vergrootglas

Het lukt dan ook niet elke BN’er om van zijn nieuwe carrière een succes te maken. René Froger moest in 2005 zijn restaurant Brink 10 in ’t Gooi sluiten, omdat hij, naar eigen zeggen, „wellicht onvoldoende aandacht” had voor het restaurant naast zijn zangcarrière. In 2009 ging nachtclub The Mansion in Amsterdam van Johnny de Mol failliet. Wesley Sneijder en Yolanthe Cabau besloten na de coronacrisis de deuren van hun restaurant XaXa op Ibiza gesloten te houden. Douwe Bob probeerde het drie keer met café The Fool Bar, restaurant Stevig en pannenkoekenhuis Pancakes, maar drie keer bleef het succes uit. En zelfs Gordon, die een succesvol horecaondernemer is gebleken, kreeg een derde vestiging van Blushing in Rotterdam niet van de grond.

Bovendien lig je als bekende Nederlander onder een vergrootglas. Brouwer: „Over het algemeen zullen de gasten veel door de vingers zien. En niet alles hoeft meteen perfect te zijn. Maar ga je door een ondergrens heen, dan zullen de kenners je de wind van voren geven.” En dat hebben sommige BN’ers geweten. Zo kreeg Nonna, het restaurant van Thijs Boermans en Tijn Verstappen, een 4 van culinair journalist Mara Grimm in Het Parool en ook Hart & Ziel van Bløf-zanger Pascal Jakobsen werd met de grond gelijk gemaakt door Hiske Versprillen in De Volkskrant (ook een 4). Met Nonna gaat het desondanks nog steeds goed. Met Hart & Ziel minder. Na 2,5 jaar stopte Jakobsen ermee.

Overigens is negatieve publiciteit niet per se altijd 100 procent slecht, zegt foodtrendwatcher De Reuver: „In Nederland vinden we het maar wat leuk om bekende mensen af te kraken. Maar ondanks negatieve reviews, willen mensen toch vaak met eigen ogen zien – en proeven – of het echt zó slecht is in het nieuwe restaurant van die BN’er.”

Lees ook: Tijn Verstappen is met 20 zaken succesvol dankzij deze werkwijze

Bekende Nederlanders in de horeca: het plaatje moet kloppen

Naast samenwerken met een ervaren ondernemer en zelf nauw betrokken zijn, is het ook belangrijk dat je als BN’er een zaak opent die echt bij je past, zegt De Reuver. „Het plaatje moet kloppen. Zoals de mannen van de Utrechtse Horeca Groep, die restaurants openen in Utrecht omdat ze daar zelf wonen en graag komen.” Of Jandino Asporaat, die zijn eigen kiprestaurant in Rotterdam opende geïnspireerd op FC Kip uit zijn serie en films. Of Gordon die van zijn nieuwste Blushing-vestiging in Blaricum een ‘kitschpaleis’ heeft gemaakt. Of Robert ten Brink die het Amsterdamse café Heuvel overnam waar hij zelf altijd al kwam. “De gast voelt gewoon of het klopt”, zegt De Reuver. Bovendien versterkt een passend concept niet alleen de zaak, maar ook het imago van de artiest.

Met de kroeg van de mannen van Man Man Man gaat het in ieder geval een jaar later meer dan goed. „Soms komen luisteraars van de podcast van ver om onze kroeg te bezoeken, maar we willen niet alleen een café zijn voor onze fans of bekend staan als ‘de kroeg van die podcast’. We willen vooral een goed café zijn voor de buurt”, zegt Louissen. Hij zou nog wel meer cafés willen beginnen, maar alles op zijn tijd. „Ik heb het eigenlijk net pas een beetje onder controle.”