Kan het concept verdwijnen bij overname?
Volgens Jan Hagenouw, voorzitter van Koninklijke Horecabond Nederland (KHN), is de kans klein dat het concept verdwijnt. Naast dat het concept al jarenlang succes heeft, leent het pand zich vooral voor de verkoop van broodjes. „Als je er een restaurant in zou mogen vestigen, dan heb je een heel beperkt terrasje voor de deur”, legt hij uit in het AD.
Volgens een persvoorlichter van de KHN is het een groot voordeel dat er al ‘loop’ in het bedrijf zit: gasten weten het te vinden en het concept is bewezen. „Als je weinig verandert, kun je vrij realistisch uitgaan van toekomstige omzet en winst.”
Toch hangt de toekomst af van de markt zegt Hagenouw. „Als de vraag verandert, bijvoorbeeld naar gezonde shakes, kan dat het aanbod beïnvloeden”, stelt hij. Het vertrouwde broodje Mario blijft mogelijk, maar veranderingen zijn nooit volledig uitgesloten.
Lees ook: Kosten vergunning voor broodjeszaak of koffietent verschillen sterk per gemeente
Wat is Broodje Mario waard?
De exacte vraagprijs wordt niet gedeeld door makelaar Joey Hehamahua. „Als er geheimzinnig gedaan wordt over de vraagprijs, dan denk ik dat die hoog ligt”, stelt Hagenouw. Inschatten wat de prijs kan zijn, blijft echter onmogelijk volgens hem. „Maar als het 1 miljoen zou zijn, dan moet je wel heel veel broodjes verkopen om het terug te verdienen.”
De huur van het pand is wel bekend en bedraagt 82.043 euro per jaar. De verkoopprijs voor het merk Broodje Mario omvat ook de handelsnaam, klantrelaties en de inventaris.
Andere deskundigen, zoals bedrijfswaarde-expert John Reintjens, zien dat kopers soms achteraf te veel betaald blijken te hebben. „Als overgenomen zaken achteraf kapotgaan of de omzet toch blijkt tegen te vallen, dan ontstaat opnieuw discussie over de prijs”, zegt Reintjens over horeca-overnames tegen de Restaurant Krant. „Een goede risicoanalyse is daarom cruciaal.”
Lees ook: Horecaondernemer Iris (35) heeft 6 zaken: ‘Er wordt me heel vaak gevraagd hoe ik het allemaal doe’
Azen andere broodjesverkopers op Broodje Mario?
Broodjeszaken met een naam die lijkt op Broodje Mario tonen weinig interesse in een overname. Zo zegt Leon van Petten van Broodje Ben dat ze het al druk genoeg hebben. Pascal Scherrenberg, van Broodje Gerry en gevestigd op de oude plek van Broodje Mario op Janskerkhof, heeft vier jaar geleden al een aanbod gekregen om Broodje Mario over te nemen. ,,Dat heb ik afgeslagen, voor mij was de vraagprijs te hoog.”
De broodjeszaak staat al vier á vijf jaar in de verkoop. Maar ze hebben nu een andere makelaar, dus is het ineens algemeen bekend
Ricardo Broodje Carlo
Ook Ricardo van Broodje Carlo neemt Broodje Mario liever niet over. „We hebben het al druk zat.” Volgens hem staat de Italiaanse broodjeszaak al vier á vijf jaar in de verkoop. „Maar ze hebben nu een andere makelaar, dus is het ineens algemeen bekend.”
Blijft het broodje hetzelfde?
Een ijzersterk concept veranderen is volgens Hagenouw een doodzonde. „Het is een formule die al bijna vijftig jaar staat als een huis. Ik zie er helemaal geen nut en noodzaak in om dat concept aan te passen.”
Toch denkt hij ook dat het aan de ondernemer ligt die het uiteindelijk overneemt. „Sommige ondernemers passen meer op de winkel, anderen willen wat dingen veranderen.” Als voorbeeld noemt hij een verandering aan de ingrediënten. „Als de nieuwe ondernemer vindt dat er te veel rode paprika op een broodje zit, en alleen groene paprika wil, dan verander je dat. Maar klanten vinden daar ook wat van.” Veranderingen kunnen altijd komen, maar of dat bij Broodje Mario ook gaat gebeuren, blijft nog de vraag.
Lees ook: Wekker zetten en lang in de rij voor TikTok-hype: ‘Verkochten 3,5 broodjes kaassoufflé per minuut’
Hoe belangrijk is een concept als Broodje Mario voor Utrecht?
Broodje Mario is een authentiek merk, op een unieke Utrechtse plek. ,,Ik denk dat het bij de stad hoort. Het is een Utrechts merk en het zou zonde zijn als het verloren gaat”, zegt Hagenouw. ,,Of je gaat Broodje Mario doen, of je hebt een concept op de plank liggen dat je daar dan in wil vestigen. Ik hoop op het eerste.”