Zzp

Minder zzp’ers in de bouw door controle schijnzelfstandigheid: ‘Werkgevers gaan voor veiligheid’

 
Schijnzelfstandigheid en zzp’ers in de bouw. Foto: Marcel van den Bergh Schijnzelfstandigheid en zzp’ers in de bouw. Foto: Marcel van den Bergh
Schijnzelfstandigheid en zzp’ers in de bouw. Foto: Marcel van den Bergh
 
Geschreven door:
Leestijd 4 minuten

Voor het eerst sinds jaren zijn er per saldo minder bouwers op zzp-basis. De oorzaak? De aangekondigde controle van de Belastingdienst op schijnzelfstandigheid. ,,Als dit vijf jaar door zou zetten, heb je wel een probleem.”

Lees verder onder de advertentie

Er is sprake van een ware trendbreuk in zzp’end Nederland. Van de loodgieter in zijn eigen bedrijfsbusje tot de bouwer van het toekomstige huis: waar er in januari 2024 nog netto 1.034 bouwers bijkwamen, gingen er dit jaar zelfs 663 af, blijkt uit cijfers van de KVK. ,,De afgelopen jaren zagen we altijd een dip in december. Dat is voor veel mensen een natuurlijk moment om te stoppen als zzp’er of om met pensioen te gaan”, vertelt Joris Knoben, hoogleraar Strategie en Ondernemerschap aan Tilburg University. Waar het aantal zzp’ers de afgelopen jaren altijd weer steeg in januari, is dat herstel er in 2025 niet.

Trendbreuk zzp’ers door controle schijnzelfstandigheid

Onder andere in de bouwsector spreekt Knoben van een ware trendbreuk. ,,Er was een enorm stabiele stijging van zzp’ers de afgelopen vijf jaar”, zegt Knoben. Waar komt die trendbreuk dan ineens vandaan? De aankondiging van de Belastingdienst om vanaf 2025 strenger op schijnzelfstandigheid te controleren lijkt zijn effect te hebben, ziet hij. ,,Het is niet zo dat er ineens geen zzp’er meer in de bouw rondloopt. Dat zijn er nog ongeveer 230.000 en nu gaan er duizend per maand af. Wel zagen we de laatste jaren dat er elke maand juist duizend bijkwamen. Als dit vijf jaar door zou zetten, dan heb je wel een probleem.”

Het is als opdrachtgever lastig om te zien of je veilig zit of niet

Joris Knoben

De bouwsector is redelijk afhankelijk van zzp’ers: zo’n 30 procent van de bouwers werkt op zzp-basis. De belangrijkste reden waardoor het aantal zzp’ers afneemt, is de voorzichtigheid bij werkgevers. ,,Het is voor hen onaantrekkelijker om met zzp’ers te werken, omdat ze bang zijn betrapt te worden op schijnzelfstandigheid.”

Lees verder onder de advertentie

Ingewikkelde regels rondom het arbeidsrecht maken dat er niet makkelijker op, vindt Knoben. ,,Het is als opdrachtgever lastig om te zien of je veilig zit of niet. Er is een behoorlijk grijs gebied waar je je als werkgever in kan bevinden.” Het is niet per se goed dat werkgevers dat grijze gebied niet durven te gebruiken, volgens Knoben. ,,Veel zitten toch in het achterhoofd met wat er tijdens de toeslagenaffaire is gebeurd. Mensen willen bij voorbaat niet in het vizier van de Belastingdienst geraken en hoge boetes of naheffingen krijgen.”

Joris Knoben, hoogleraar Strategie en Ondernemerschap van de universiteit van Tilburg over schijnzelfstandigheid en zzp'ers. Foto: Eigen beeld Joris Knoben, hoogleraar Strategie en Ondernemerschap van de universiteit van Tilburg over schijnzelfstandigheid en zzp'ers. Foto: Eigen beeld
Joris Knoben, hoogleraar Strategie en Ondernemerschap van de universiteit van Tilburg over schijnzelfstandigheid en zzp'ers. Foto: Eigen beeld

Zzp’en in de bouw kan

Toch is het zeker nog wel mogelijk om als zzp’er in de bouw te werken. Werkgevers en zzp’ers moeten goed kijken naar de criteria die de Belastingdienst hanteert voor schijnzelfstandigheid. ,,Als je op dagelijkse basis aanwijzingen krijgt, dan ben je eigenlijk een werknemer. Kan de werkgever ingrijpen in met wie en hoe je werkt, dan ook. Loop je in kleren van je werkgever? Foute boel. Je moet als zzp’er zo vrij mogelijk kunnen werken, maar doordat er steeds meer regels bijkomen voor werkgevers, wringt dat steeds meer. Door die onduidelijkheid zie je dat opdrachtgevers al snel voor veiligheid kiezen.”

Lees verder onder de advertentie

Daarom is het belangrijk dat werkgevers uitzoeken hoe ze het aantrekkelijk kunnen maken om (weer) in dienst te treden, vertelt Knoben. ,,Waarom is het zzp-schap zo aantrekkelijk? Hoe kan je bijvoorbeeld als werkgever de vrijheid die je als zzp’er ervaart in het reguliere werk brengen? Wat kun je als werkgever bieden aan pensioen, en ook ontwikkelmogelijkheden en cursussen? Je ziet vooral dat de grote werkgevers hier druk mee bezig zijn.”

Lees ook: Wél zzp’ers bij overheid: frustrerend voor ondernemers, maar ‘juridisch kansloos’

Bang voor boetes hoeven ondernemers niet te zijn, benadrukt Knoben. De Belastingdienst heeft 2025 nadrukkelijk als overgangsjaar benoemd. ,, Ze controleren nu wel en kunnen zeggen als het niet in de haak is. Maar zolang je als opdrachtgever kan laten zien dat je stappen in de goede richting zet, krijg je geen naheffing of boete in 2026.”

Lees verder onder de advertentie

De overheid geeft aan dat ze zelf het hele jaar de regel nog gaan overtreden

Joris Knoben

Ironisch genoeg werkt de overheid zelf ook nog volop met zzp’ers. ,,De overheid geeft aan dat ze zelf het hele jaar de regel nog gaan overtreden. De grote vraag blijft natuurlijk of de overheid zichzelf boetes op gaat leggen in 2026.”

Niemand wil het proefkonijn zijn

Joris Knoben

Zolang de eerste boete nog niet is uitgedeeld, zullen bouwbedrijven voorzichtig blijven, denkt Knoben. ,,Niemand wil de eerste zijn die een rechtszaak aan zijn broek krijgt. Door rechtszaken die in 2026 zullen komen, zal steeds duidelijker worden wat wel en niet kan. Maar niemand wil het proefkonijn zijn.”

Bouw valt niet stil

Tot de eerste boetes, zal daarom het aantal zzp’ers in de bouw blijven dalen. Of dit problemen zal veroorzaken? ,,Ik verwacht dat de daling in 2026 weer stabiliseert. Ik denk niet dat de hele bouw tot stilstand zal komen, maar ik sluit niet uit dat bedrijven die nog lang blijven doorwerken met schijnzelfstandigen hierdoor wel in de knel kunnen komen.”

Lees verder onder de advertentie

Lees ook: ‘Teveel misinformatie over aanpak schijnzelfstandigheid door laag vertrouwen in overheid’